De Zwarte Pieten stapten uit de auto en als laatste was daar de Sint, die uitstapte met de plat gevouwen mijter in zijn hand. Ze hadden al drie adresjes achter de rug. Een huisbezoek en twee buurtverenigingen. Dan kom je wel op het punt dat je wil smijten met pepernoten naar al die rotkinderen.
Zoals altijd waren daar de ouders die iets te laat waren vertrokken, met hun kindjes verpakt in pietenpakjes. Stom dat die kinderen niet doorhadden dat het allemaal nep was, terwijl ze zelf in compleet tenue rondliepen. Tja, de schmink kon wat beter. Een veegje op de linkerwang, een veegje op de rechter.
‘Kijk, daar is Sinterklaas,’ riep de dochter, zo’n oplettend kind dat alles ziet. Ze rukte zich los uit de hand van haar moeder en rende op de Sint af. ‘Waarom bent u met de auto? Waar is Amerigo?’
De Sint haalde zijn neus op. Er klonk een flop. Er ging blijkbaar wat baardhaar mee. ‘Amerigo is een beetje ziekjes,’ zei de hoofdpiet. ‘Het briesen lijkt een beetje te veel op niesen, als je begrijpt wat ik bedoel.’
Het meisje knikte en op het aanmoedigende gegil van haar moeder ging ze mee naar binnen. Op een sukkeldrafje ging de Sint er achteraan. De Pieten volgden. Hierna nog één adresje, dan kon het afschminken beginnen: het meest fantastische moment van de werkdag van een Piet.
De zaal zat vol volwassenen. De Sint slofte naar de stoel en ging zitten. De Pieten liepen rond, vergeefs op zoek naar kinderen om strooigoed aan te geven. Er werd alleen ‘Sinterklaasje, kom maar binnen met uw knecht’ gezongen door het meisje van de ouders die te laat waren.
‘Waar is het grut?’ zei de Sint.
‘Ik ga ze halen. Ze zitten hiernaast op het springkussen,’ zei een vader.
Springkussen? Dit ontstemde de Sint. Hoe te concurreren tegen een springkussen? Nu de ouders en de Pieten in afwachting waren van de kinderen, hoorde de Sint schaterend gegil in de andere zaal. Hij keek naar het dunne accordeonwandje dat zich vlak achter zijn zetel bevond en zuchtte. Hierna nog één adres en dan was het klaar voor vandaag. Gelukkig.
Er druppelden wat kinderen binnen. Ze zongen, niet echt enthousiast. ‘Gooi maar pepernoten,’ zei de Sint, sarcastisch. De Pieten begonnen uit te delen en de kinderen gingen zitten op de grond, op drie meter afstand van de Sint.
‘Wie wil er op schoot komen?’ bromde de Sint. Achter hem klonk luid gejoel. Hij hoorde het dwars door de accordeonwand heen. ‘TAAAAANTUHHH!’ Er klonk een hoge gil, niet van een kind, maar van die tante. Blij gillende kinderen. De kinderen die voor de Sint zaten waren juist doodstil. Klote springkussen, dacht de Sint en toen werd hij naar voren geduwd door de accordeonwand die uit zijn positie werd gedrukt door het springkussen.
Het was een klein zetje. De Sint viel niet uit zijn stoel. Wel zag hij zijn mijter op schoot liggen. Uit de mijter stak een hele bos haar. Hij snoof eens diep. Gelukkig flopte er nu geen haar meer in zijn neus. Alle kinderen keken naar hem met grote ogen en open mond.
Dit blog is een schaduwblog van ‘Mag ik al naar bed’ van keklog.nl
hahaha maar die erme kindjes móchten niet eens op ‘ons’ springkussen..
schaduwbloggen, een nieuw concept? ik kende ’t iig nog niet, maar ik vind ’t leuk! =)
[…] Dit blogartikel was vermeld op Twitter door de mama, schaduwblogger. schaduwblogger heeft gezegd: http://www.schaduwblogger.nl/2010/11/23/de-sint-en-het-springkussen/ […]
Inderdaad, nog heel nieuw. Uw blog is het tweede dat voorzien is van een schaduwblog. Dank voor uw sportieve reactie.