Green Fairy
Nominatie Nightwriters wedstrijd, thema: Mysteryland (2009)
In de kamer staat een klapbord met daarop de merknaam van onze opdrachtgever. Bovenaan staat in dikke letters: Mysteryland. Vandaag nog moeten we op de proppen komen met een bruikbaar reclameplan. De baas staat tussen ons en het bord in met zijn rug naar ons toe. Ik kijk naar het colbert waaronder zijn kont kiekeboe speelt terwijl hij geestdriftig met zijn armen zwaait: “Vorig jaar waren er sigaretten bedrukt met Mysterland erop. Red Bull had motoracrobaten. Pepsi had verdomme een videobol. Er was een fucking minibar met lilliputters.”
Naast me zit Nick: één brok dynamiek met een hoofd vol waanzinnige ideeën. Zo’n dropveter waarvan iedereen dacht dat hij ADHD had, totdat ze ontdekten dat het een reclamejongen was. Hij is wat je krijgt als ouders aan anale seks doen: strontjong. Sinds wij moeten samenwerken voel ik me een uitgedroogde scrotumzak: ik hang er nutteloos bij te bungelen en er komt niets vruchtbaars uit me. Mijn creativiteit uit zich enkel nog in filmisch vernuftige horror: op dit moment zie ik Nick als een vlieg geplet worden met het klapbord.
“Green Fairy!” De pielewapper is erbij gaan staan, hij gelooft werkelijk in zijn eigen eureka moment. “Absint. We regelen wat leuke meiden die op onze kosten naar Mysteryland mogen. We verkleden ze als groene feeën. Sterker nog: gratis drank voor de meiden die gebodypaint durven! Ze delen kleine flesjes absint met het productlogo uit aan festivalbezoekers.”
“Absint mag helemaal niet. Dat spul is illegaal,” zeg ik.
“Sinds vijf jaar is het verbod op absint geschrapt. Het is net ouzo, alleen met een stout imago.”
“Geniaal!” De baas mept met glimmende ogen de marker op tafel.
Green Fairy. Fuck. In gedachten zie ik de pulkvreter in een korset met groene vleugels duikelen in de lucht. Net als Sacha Baron Cohen komt hij ondersteboven neerdalen met zijn blote achterste totdat het praatspuug van Kluun tegen zijn geschoren billen spat. Ik sta op en opper met zoveel enthousiasme als ik in mijn cynische bui maar kan opwekken: “Kluun! Die schrijver is er ook. We geven ons product cadeau aan elke meid die zijn handtekening op haar bil weet te scoren.”
De baas kijkt me droogjes aan. “Kluun? Die heeft al meer dan genoeg blote billen beklad.”
Bij het verlaten van de peeskamer krijgt de aarskever een schouderklop. Het zal nog wel een tijd oefenen zijn voordat ik goede reclame kan maken van mijn moordfantasieën.