Bijna kerst

De vrouw kijkt vanuit de bank in haar huiskamer naar buiten. Ze vindt het naar dat het al zo vroeg donker wordt. Straks zijn de lichtjes in het huis van de overburen weer zichtbaar. Daar wel. Ze heeft dit jaar geen boom in huis. Voor wie zou ze? Zeker niet voor haarzelf. “Maar het is toch gezellig,” zei de overbuurvrouw vorig jaar. Daarom ging ze er toch maar op uit om er een te kopen. Een boom die klein genoeg was, zodat ze hem zelf kon versjouwen. Toen hij eindelijk in de huiskamer stond begon ze te huilen bij het idee dat er ook nog lampjes en ballen in moesten. De herinneringen aan fijne tijden kleven aan die kitscherige zooi. Ze liet de boom zo staan in de huiskamer en zag dag na dag de naalden eruit vallen als ultiem symbool van hoe al het leven dat aan haar kleefde haar verliet.

Opdringen
“Maar dan vier je toch kerst met andere mensen die alleen zijn?” zei de overbuurvrouw. Daar had ze zelf wel over nagedacht, maar ze wilde zich nergens opdringen. Ze vierde vroeger ook het liefst kerst in een kleine kring. Lekker huiselijk. Fijn zonder het gedoe van je op te moeten tutten, zonder de familieruzies die ze haatte toen ze jonger was. Haar man gewoon ontspannen in zijn stoel met de krant op schoot. Samen een kerstfilm kijken en dan nog iets lekkers bij de koffie. Ze zorgde dat er altijd chocolade kerstkransjes in huis waren, want die vond hij zo lekker. Het eerste jaar na zijn dood had ze die kransjes meegenomen uit de supermarkt, zonder erbij stil te staan.

Natuur
“Dan doe je toch net alsof het geen kerst is?” zei de overbuurvrouw. Maar hoe kun je doen alsof het geen kerst is? De versiering negeren? Geen televisie kijken en de radio uitzetten? Ze zou wel naar het bos willen gaan om daar uren te wandelen in de natuur. De natuur doet niet aan kerst. Maar ze zou er alleen zijn en zo heel fit is ze niet meer. “Zonder mij zou je hier verdwalen,” grapte haar man eens toen ze daar wandelden. Daarvoor is ze echt niet bang. Het is geen oerwoud! Je loopt er echt niet zo snel verloren. Ze is veel eerder bang om te vallen en iets te breken en dan daar te liggen totdat ze sterft van de kou.

Herinneringen
“Ach, het is allemaal toch weer zo voorbij,” zei de overbuurvrouw. Maar de tijd lijkt zo veel langzamer te gaan rond kerst. En telkens dringen de herinneringen zich aan haar op van een feesttijd die zoveel warmer was en vrolijker. Het geluk leek allemaal zo vanzelfsprekend toen, alsof er genoeg van was en het nooit op zou raken. Maar nu weet ze wel beter. Alles wat ze nu nog heeft zijn de herinneringen. Die koestert ze, ook al doet het pijn wanneer ze vervagen en ze ziet dat de donkerte van de winternacht intreedt; het moment dat de avond komt en de lichtjes aangaan bij de overburen.

Daar wel.

Fotocredits: Jonathan Borba via Pexels

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.